Ontwikkeling van de ondertrouwregisters door de tijd

Ontwikkelingen binnen en buiten Amsterdam hadden soms gevolgen voor het uiterlijk, maar ook op de inhoud vande ondertrouwinschrijvingen. Hieronder vind je de belangrijkste ontwikkelingen hiervan met voorbeelden.

1565: INSTELLING VAN DE EERSTE (ROOMSKATHOLIEKE) TROUWREGISTERS

Deze registers waren feitelijk ondertrouwregister en trouwregister ineen enbevatten alleen de namen van de ingeschreven verloofden. Na de inschrijvingwerd elke volgende zondagse afkondiging geturfd en na drie onverhinderdeafkondigingen mocht het bruidspaar het huwelijk laten voltrekken. De trouwregisters bevatten geen aanvullende gegevens over de bruid en bruidegom.

Bron: Stadsarchief Amsterdam, archief 5001, inv.nr. 969, p. 3.

1576: OVERNAME VAN DE ROOMSKATHOLIEKE TROUWREGISTERS DOOR DE GEREFORMEERDEN

Na de Alteratie van 26 mei 1576werd de Oude Kerk als eerste kerk door het stadsbestuur in beslag genomenvan de roomskatholieken en aan de gereformeerden ter beschikking gesteld. Daarbij besloten de nieuwe gebruikers van de Oude Kerk de bestaande, elf jaar oude (en dus nog relatief lege) roomskatholieke trouwregisters te blijvengebruiken voor ‘van die bij die reformerde ghetrout sijne’. Ook de methode vanregistreren bleef gelijk.

Bron: Stadsarchief Amsterdam, archief 5001, inv.nr. 969, p. 3.

1578/1581: INSTELLING VAN DE EERSTE GEREFORMEERDE ONDERTROUWREGISTERS/ONDERSCHEID TUSSEN KERK-EN PUIREGISTERS

In 1578 werden naast de trouwregisters aparte ondertrouwregisters ingesteld. Hoewel nog volledig met de hand geschreven, bevatten deze eerste ondertrouwregisters al uitgebreide informatie over de aanstaande bruidsparen. Vanaf 1581 werden gereformeerde huwelijken en huwelijken waarbij tenminste één van de verloofden niet gereformeerd was, op last van het stadsbestuur in afzonderlijke kerk- en puiregisters bijgehouden; ‘gemengde’huwelijken werden inbeide registers opgetekend.

Bron: Stadsarchief Amsterdam, archief 5001, inv.nr. 401, p. 1.

1604: INGEBRUIKNAME REGISTERS MET VOORGEDRUKTE FORMULES

Vanaf 1604 bevatten de Amsterdamse ondertrouwregisters voorbedrukte bladen: in de kerkregisters vanaf 8 mei, in de puiregisters (hier afgebeeld)vanaf 4 juni 1604. De vaste teksten die voor elk huwelijk vrijwel hetzelfde waren, stonden voortaan voorgedrukt, waardoor de klerk van dienst alleen nogde specifieke gegevens van de verloofden hoefde te noteren.

Bron: Stadsarchief Amsterdam, archief 5001, inv.nr. 665, p. 365

1715: EINDE VERMELDING BEROEP AANSTAANDE BRUIDEGOM

Tot 1715 werd bij de aanstaande bruidegom vaak diens beroep vermeld. Mogelijk was de aanstelling van een nieuwe klerk (gezien het verschil inhandschrift) de reden dat vanaf 21 juni 1715 beroepen van aanstaandebruidegoms nog slechts sporadisch genoteerd werden. Werkzaamheden vanvrouwen werden destijds niet als officieel beroep beschouwd,beroepsvermeldingen bij aanstaande bruiden waren dan ook zeldzaam.

Bron: Stadsarchief Amsterdam, archief 5001, inv.nr. 551, p. 350-351

1755: START REGISTRATIE GELOOFSOVERTUIGING AANSTAANDE BRUIDEGOM EN BRUID

Op 24 januari 1755 verordenden de Staten van Holland en Westfriesland eenaantal maatregelen die tot doel hadden huwelijken tussen gereformeerden enrooms-katholieken te ontmoedigen. Vanaf toen werden daarom derespectievelijke geloofsovertuigingen van het aanstaande bruidspaargenoteerd. Uit het puiregister van februari 1755 blijkt dat bij bruidsparen diekort na de uitvaardiging ingeschreven waren, de vermelding van degeloofsovertuigingen later is toegevoegd.

Bron: Stadsarchief Amsterdam, archief 5001, inv.nr. 734, p. 30

1795: EINDE ONDERSCHEID TUSSEN KERK- EN PUIREGISTERS

Vanaf 1795 waren de Nederlanden als Bataafse Republiek een vazalstaat van Frankrijk en golden hier veelal dezelfde wetten en regels als inFrankrijk. Voor de ondertrouwregisters verviel daatmee vanaf juni 1795 hetonderscheid tussen kerkelijke (lees: gereformeerde) en burgerlijke huwelijken. Alle ondertrouwinschrijvingen werden vanaf dat moment in één en hetzelfde (nieuwe) register opgetekend, waarbij de geloofsovertuigingen nog wel steeds vermeld werden.

Bron: Stadsarchief Amsterdam, archief 5001, inv.nr. 640, p. 1

1811: INVOERING VAN DE BURGERLIJKE STAND-REGISTERS

Onder de Franse bezetting werd tussen 1795 en 1812 de Burgerlijke Stand overal in de Nederlanden ingevoerd. Daarmee kwam een eind aan de formele status van de ondertrouwregisters. Als laatsten werden op 22 februari 1811ingeschreven Jacob Hesselink Willemsz en Anna Hesselink. Het paar woonde en trouwde in Groningen, maar woonde kort daarvoor in Amsterdam en moest de afkondigingen dus ook hier laten doen.

Bron: Stadsarchief Amsterdam, archief 5001, inv.nr. 660, p. 314

Terug naar overzicht Ja ik wil!